EU begraaft verbrandingsmotor definitief in 2035
De Europarlementariërs en de lidstaten bereikten donderdagavond een akkoord over de verordening rond de ban van de verbrandingsmotor tegen 2035. Een beslissing die er waarschijnlijk snel werd doorgedrukt door de oorlog in Oekraïne en de urgentie van de energietransitie.
Historisch, zo kan je het besluit of het akkoord omschrijven dat donderdagavond 27 oktober 2022 is bereikt tussen de Europarlementariërs en de lidstaten. De tekst is gebaseerd op het voorstel van afgelopen juli om de CO2-uitstoot van nieuwe auto’s in Europa vanaf 1 januari 2035 terug te brengen tot nul. Dit betekent het definitieve einde van de verkoop van nieuwe auto’s en lichte bedrijfsvoertuigen op benzine en diesel in de EU vanaf deze datum, maar van ook hybrides (benzine-elektrisch), ten gunste van 100% elektrische voertuigen.
Het doel van Europa is om tegen 2050 koolstofneutraliteit te bereiken, aangezien personenwagens en lichte bedrijfsvoertuigen goed zijn voor ongeveer 15% van de CO2-uitstoot van het continent (met uitzondering van zware vrachtwagens, vliegtuigen en andere vervoermiddelen die ook fossiele brandstoffen gebruiken). Toch zal deze overgang in verschillende fasen plaatsvinden en de autoriteiten verwachten dat de emissies in vergelijking met 1990 tegen 2030 al met -55% zullen dalen, waaronder -55% voor personenauto’s en –50% voor lichte bedrijfsvoertuigen. Dat is al een heel grote uitdaging.
“Haalbare” doelstellingen
Volgens verschillende politieke actoren is deze overeenkomst, naast het historische karakter, ook realistisch, omdat de “beoogde deadlines de doelstellingen haalbaar maakte voor de constructeurs”, vertelde de Tsjechische minister van Industrie Jozef Sikela aan AFP, die ook blij is om een piste te openen voor een moderne en competitieve industrie in de EU.
De overeenkomst voorziet echter nog steeds in de afwijking die wordt verleend aan nicheconstructeurs die minder dan 1.000 auto’s per jaar produceren (het “Ferrari”-amendement), evenals degenen die jaarlijks minder dan 10.000 eenheden produceren (de deadline is verlengd met een jaar, tot 2036). De beleidsmakers hebben ook een transitiefonds opgezet dat bedoeld is om banen te behouden, omdat fabrikanten de autoriteiten vaak hebben gewaarschuwd voor het verlies van banen tijdens een overgang naar volledig elektrisch rijden. Want het spreekt voor zich dat er nieuwe vaardigheden nodig zullen zijn. Ter herinnering: de Europese auto-industrie biedt directe en indirecte activiteiten aan meer dan 13 miljoen mensen, of 7% van de arbeidsmarkt (ACEA-cijfers).
Andere voorstellen in behandeling
Noteer dat de tekst waarover gestemd is, vatbaar is voor aanpassingen. Hierbij gaat het niet over een terugkeer naar de verbrandingsmotor, maar om mogelijk synthetische brandstoffen (e-fuels) of plug-in hybride motoren te kunnen gebruiken als het avontuur van de overgang naar 100% elektrisch rijden op grote problemen zou stuiten. Het was vooral Duitsland dat aandrong op deze oplossing en de EU volgde deze, maar op voorwaarde dat de fabrikanten bewijzen dat deze oplossing effectief is, waar Europa momenteel niet in gelooft.
Ook zullen tussentijdse transitieplannen worden uitgevoerd. Zo zal de Europese Commissie naar verwachting vanaf 2023 de decarbonisatie van het wagenpark van de grote bedrijven versnellen.
Gemengde meningen
Natuurlijk doen deze maatregel de mensen huiveren, omdat de overgang naar de elektrische auto niet vrijwillig, maar gedwongen verloopt. Fabrikanten – waaronder Stellantis met Carlos Tavares – kondigden onlangs aan dat de elektrische auto lang duur zal blijven en dat hij dus niet bedoeld is voor de middenklasse op korte termijn. En dat kan een groot probleem zijn.
En er zijn er nog meer. Over een paar dagen zal de Europese Commissie inderdaad ook de bepalingen van de Euro 7-norm moeten bekendmaken, die volgens de eerste informatie veel minder restrictief zullen zijn dan verwacht. Straffer zelfs: de niveaus van CO2-uitstoot zouden zelfs ongewijzigd blijven ten opzichte van de Euro 6-norm. Wat vragen oproept wanneer de doelstellingen voor 2030 een reductie van -55% van de CO2 moeten bereiken!
Tot slot moeten we ons ook de vraag stellen over de financiële steun bij de overgang naar de elektrische auto. En ook hier heeft Europa niets voorzien, terwijl de regering Biden al begon met een uitgebreid plan van subsidies voor de elektrische auto (voor degenen die op zijn minst in de VS en Canada worden geproduceerd) om de doorbraak te bevorderen. Inderdaad, Europa voorziet nu gewoon te weinig middelen om zijn ambities waar te maken.
Bron www.gocar.be