Vraag naar vierseizoensbanden stijgt sterk in België

Tien jaar geleden waren ze nog onbekend, vandaag hebben de vierseizoensbanden de harten van de Belgen veroverd. Alleen al in oktober was dit type band goed voor 40 procent van de verkoop, tegenover slechts 15 procent voor winterbanden en 45 procent voor zomerbanden. Een definitieve verschuiving?

Belgen gaan voorzichtig om met hun auto. We hebben misschien niet het meest extreme weer ter wereld, maar als het winter wordt, kiest een aanzienlijk deel van de automobilisten voor winterbanden sinds de sterke winter van 2009-2010. Of beter gezegd ‘koos’, want het lijkt erop dat deze gewoonte veranderd is.

Bandenverkopers zien namelijk een duidelijke opmars van vierseizoensbanden, die nog niet zo lang geleden als een minderwaardig compromis werden beschouwd. De verkoopcijfers spreken voor zich: bij sommige verdelers is de verkoop van vierseizoensbanden goed voor 40 procent van het totale volume, de rest gaat naar zomerbanden (45 procent) en winterbanden (slechts 15 procent).

Naargelang de regio

Volgens Sud Presse kopen automobilisten in bepaalde regio’s meer dergelijke banden dan in andere en dat is logisch. In de provincie Luik bijvoorbeeld zijn de vierseizoensbanden goed voor 50 procent van alle verkochte banden, tegenover 25 procent winterbanden. Dat hoeft niet te verbazen.

Het prijsverschil tussen winterbanden en vierseizoensbanden voor de gebruikelijke bandenmaten is klein (enkele euro’s, afhankelijk van het model). Wel liggen de prijzen in vergelijking met zomerbanden 15 tot 20 procent hoger. Het probleem met winterbanden is vooral dat je twee keer per jaar je banden moet laten wisselen. Een extra set velgen kost ook geld, anders moeten de banden elke keer op de velgen gelegd worden, wat telkens 70 tot 90 euro kost. En wie geen plaats heeft om ze te stockeren, moet ongeveer honderd euro per jaar betalen.

Dezelfde kwaliteiten?

Zijn vierseizoens- en winterbanden evenwaardig? Nee, er zijn verschillen. Door de ineenstorting van de verkoop van winterbanden de afgelopen jaren, hebben sommige fabrikanten besloten om de prestaties van hun vierseizoensbanden meer in overeenstemming te brengen met die van winterbanden. Ze hebben dus grote inspanningen geleverd op het gebied van prestaties op sneeuw en levensduur. Maar in de meeste gevallen zijn deze prestaties nog niet vergelijkbaar en vormen de vierseizoensbanden nog altijd een compromis. Ze bieden niet dezelfde prestaties, stabiliteit of veiligheid op sneeuw of ijs en niet dezelfde levensduur.

Toch kiezen automobilisten steeds vaker voor vierseizoensbanden, ook omdat ze trager rijden door de toename van snelheidscontroles. Het financiële aspect wordt steeds belangrijker voor automobilisten, die er alles aan doen om de kosten laag te houden. En omdat de Belgen merken dat er steeds minder sneeuw ligt, zien ze het nut van winterbanden niet altijd in, zelfs niet als ze op wintersport gaan.

Ook daarvoor voldoen vierseizoensbanden, zelfs in landen waar winterbanden verplicht zijn. Zodra de flank van de band gemarkeerd is met het 3PMSF-logo (een berg en een sneeuwvlok), wordt de band geacht te voldoen aan de minimumeisen voor een winterband. Groen licht dus. En hoe zit het met banden voor elektrische auto’s? Vierseizoensbanden (met versterkte flanken en structuur) hebben ook die markt veroverd. Niets lijkt het succes van deze banden dus in de weg te staan.

Bron www.gocar.be