Nieuwe Mini Cooper op benzine is niet zo nieuw als hij lijkt
Vind je de nieuwe Mini Cooper wel knap maar ben je nog net niet klaar om aan de stekker te gaan? Dan hebben we goed nieuws voor jou, want die Cooper is er nu ook met benzinemotoren… Of toch ongeveer, want stiekem hebben deze Coopers C en S meer gemeen met de oude Mini dan met de nieuwe EV.
Een klein halfjaar geleden kreeg de stokoude Mini hatchback eindelijk aflossing. Toen onthulden de verduitste Britten namelijk de nieuwe Cooper, die een reeks zuiver elektrische aandrijflijnen verpakte in een even guitig maar wel gloednieuw jasje. In dat nieuwe jasje pasten voorlopig wel geen verbrandingsmotoren maar geen nood, want Mini beloofde dat er later nog versies zouden komen op benzine… En wat blijkt: die versies nemen toch nog niet helemaal afscheid van die vorige generatie.
ILLUSIONIST VAN WERELDNIVEAU
Dit zijn namelijk de nieuwe Mini Coopers C en S en op het eerste gezicht zien die er net zo uit als de elektrische E en SE’s, maar dan met verbrandingsmotoren achter de neus. Bestudeer je die neus echter van naderbij, dan blijkt er iets anders aan de hand te zijn. De paneelranden geven bijvoorbeeld weg dat de motorkap hier helemaal rond de koplampen zit in de plaats van erboven, terwijl de deurgreepjes niet verzonken zijn maar wel op de portieren staan… Net als bij de oude Mini dus. Achteraan ging het designteam helemaal all-in met de lichtunits van het nieuwe exemplaar, maar ook dat is niks dat een ander setje achtervleugels en een nieuwe kofferklep niet kunnen oplossen.
Ook binnenin ontpopt Mini zich tot een illusionist van wereldniveau. Het hele dashboard lijkt namelijk overeen te komen met dat van de nieuwe, elektrische Mini maar we durven er ons lunchgeld op verwedden dat er geen paneeltje identiek is. Het stuurwiel, de bedieningsmodule voor de klimaatregeling en het 24 centimeter grote OLED-infotainmentscherm zijn dat daarentegen wel maar kijk je naar de plaatsing van bijvoorbeeld de audiospeakers en de deurklinkjes, dan zie je daar weer overeenkomsten met de uitgaande Mini. Daarmee weten we het dus zeker: dit is een vér doorgedreven facelift van de inmiddels dik 10 jaar oude Mini hatchback.
COOPER S OF COOPER E?
Dat betekent echter niet dat er op technisch vlak niks veranderd is, wel integendeel. Zo komt de (ver)nieuw(d)e Mini Cooper er in twee smaakjes: als Cooper C en als Cooper S. De C is daarbij de basisversie maar toch krijgt die meteen 156 pk en 230 Nm koppel, die hij haalt uit een 1.5-liter driecilinder. Daarmee snelt hij al naar de 100 km/u in een mooie 7,7 seconden maar moet het nog sneller, dan kan je terecht bij de Cooper S die hetzelfde sprintje in 6,6 seconden doet. Die beschikt namelijk over een 2.0-liter viercilindermotor met 204 pk en 300 Nm koppel. Over de versnellingsbakken rept Mini met geen woord maar aangezien er zelfs geen plek meer is voor een pook, vermoeden we dat de handbak voor beide versies uit het gamma verdwijnt.
In de plaats daarvan krijg je meer plek in de middenconsole, maar verder blijft het ruimte-aanbod herkenbaar. Zo is er achter de achterbank plaats voor 210 liter bagage, uit te breiden tot 800 liter met de tweede zitrij neergeklapt. Informatie over de ruimere vijfdeursversie is er voorlopig niet, al wordt die later samen met de Cabrio ook getrakteerd op een gelijkaardige vernieuwing. Daarnaast mogen we ook rekenen op een nog sterkere John Cooper Works-versie met een benzinemotor, maar dat is dus allemaal nog toekomstmuziek. Voorlopig staat enkel deze nieuwe driedeursversie in de configurator en dat vanaf 30.500 euro voor een Cooper C en vanaf 34.500 euro voor een Cooper S — waarmee die laatste precies even duur is als de (wél) nieuwe, elektrische Cooper E.
Bron www.autofans.be