Plug-inhybrides verkopen beter dan elektrische auto’s
De situatie op de Europese automarkt lijkt te keren: terwijl elektrische auto’s zouden moeten oprukken, tonen de recentste cijfers van ACEA dat de plug-inhybrides de leiding nemen in de verkoop. Een blijvende verandering?
Op termijn wordt verwacht dat de elektrische auto de markt overneemt. Tegen 2035 zouden elektrische auto’s de meerderheid van de verkoop vertegenwoordigen. In België stijgt het marktaandeel sowieso: van 10,3 procent in 2022 naar 19,6 procent in 2023. Een stevige groei dus. Maar dat is alleen in België zo, waar bedrijfswagens dankzij hun voordelige fiscaliteit momenteel 70 procent van de verkoop van nieuwe auto’s uitmaken.
Kijken we echter naar Europa, dan liggen de zaken helemaal anders. Volgens cijfers van Dataforce, gepubliceerd door ACEA (de Europese vereniging van autofabrikanten), steeg de verkoop van plug-inhybrides met 12 procent in februari 2024, tot 72.376 exemplaren. Een veel grotere groei dan de elektrische auto’s, die in dezelfde periode met 10,3 procent steeg. Het gaat echter om een piek, want de trend voor PHEV’s is over het hele jaar nog altijd negatief: -2,4 procent in 2023 vergeleken met 2022, in een markt die met 13,7 procent groeide. Het is dus de vraag hoelang die stijging zal duren.
Marktverschuiving?
Uit de cijfers van Dataforce blijkt dat plug-inhybrides de grootste vooruitgang boeken. Er is minder vraag naar ‘eenvoudige’ of zelfopladende hybrides, wat te verwachten is omdat hun milieuprestaties zoals de CO2-uitstoot op papier minder indrukwekkend zijn.
De situatie is verrassend, aangezien plug-inhybrides gezien worden als een overgangstechnologie. Maar het blijft een feit dat, nu de verkoop van elektrische auto’s wereldwijd vertraagt, autofabrikanten steeds meer vertrouwen op PHEV’s om hun CO2-uitstootdoelstellingen te halen. En nu plug-inhybrides steeds vaker WLTP-emissiewaarden van minder dan 20 g/km realiseren, dankzij batterijen met meer dan 100 km elektrisch rijbereik, is het concept technisch overtuigend. En dat vinden ook de kopers, die het psychologisch geruststellend vinden om ver te kunnen rijden.
Valse belofte?
Hoewel plug-inhybrides er op papier heel goed uitzien, mogen we niet vergeten dat hun ecologische voetafdruk niet zo neutraal is. Ten eerste omdat er twee aandrijflijnen gebouwd moeten worden voor één voertuig (een verbrandings- en elektromotor) en ten tweede omdat steeds grotere batterijen ook een impact hebben. En dan is er nog het probleem dat bepaalde bestuurders hun batterijen niet vaak genoeg opladen. Daarom verzamelt de Europese Unie gegevens van plug-inhybrides met een boorddiagnosesysteem, om de homologatievereisten te herzien (naar boven, natuurlijk).
Constructeurs stimuleren PHEV’s
Er is dus een duidelijke trend en die wordt grotendeels ondersteund door autofabrikanten. Zij denken dat de verkoop van plug-inhybrides stabiel zal blijven, terwijl verwacht werd dat de verkoop zou instorten en PHEV-modellen eerder richting automusea zouden rijden. De merken promoten deze aandrijflijnen en geven aan dat het geen probleem zou zijn om het aanbod van plug-inhybrides te vergroten. Dat zegt BMW-verkoopdirecteur Jochen Goller. Audi CEO Gernot Dollner treedt hem bij: “Momenten van fluctuatie in de transitie en een grotere vraag naar PHEV’s kunnen leiden tot reacties van fabrikanten.”
Deze visie komt overeen met die van Mercedes, Renault en het Chinese BYD, dat een plug-inversie van zijn elektrische middenklasse SUV Seal heeft aangekondigd. Het lijkt erop dat plug-ins vooral de voorkeur hebben voor SUV’s, die zwaarder zijn en daarom meer uitstoten. In februari 2024 waren de bestverkochte PHEV-modellen de Volvo XC60 (4.277 exemplaren), Porsche Cayenne (3.596 exemplaren), Mercedes GLC (3.399 exemplaren), Ford Kuga (2.984 exemplaren) en BMW X1 (2.570 exemplaren).
Bron www.gocar.be